Bodemroofmijt

Heb je last van varenrouwmug in de potgrond van je kamerplanten? Of heb je een ware tripsplaag in je groentekas? Hypoaspis is een aanvullend product dat gebruikt wordt in de strijd tegen deze plaaginsecten.

Hypoaspis wordt ook ingezet in de strijd tegen de Varroamijt in bijenkorven. Wil je je bijen op een natuurlijke manier beschermen tegen de Varroamijt? Lees dan zeker verder.

Hypoaspis tegen rouwvlieglarven en tripspoppen

Wat is Hypoaspis?

Hypoaspis is een tube/koker, gevuld met vochtig turfachtig materiaal en roofmijten Stratiolaelaps scimitus.

De roofmijten zijn beige van kleur en maar 1 mm groot. Deze predator is zeer beweeglijk, leeft van nature in de bovenste grondlaag (1-4 cm diep) en voedt er zich met schadelijke bodeminsecten. Naast springstaarten, tripspoppen en varenrouwmuglarven blijkt uit de praktijk dat deze roofmijt ook een nevenwerking heeft op miljoenpoten, wortelluis en andere schadelijke bodemorganismen.

De roofmijt is actief bij temperaturen boven 10°C. De ideale temperatuur ligt tussen 15 en 28 °C. De roofmijten overleven geen perioden van vorst.

Hypoaspis voelt zich thuis in vochtige (pot-)grond (30% bodemvochtigheid) en kan tot 7 weken zonder voedsel.

Wanneer Hypoaspis gebruiken?

Ingeval van varenrouwmug: Gebruik Hypoaspis in combinatie met Stenema aaltjes ingeval van een zware aantasting van rouwvliegjes. Stenema is het basisproduct tegen rouwvliegjes. Hypoaspis is het aanvullend product. indien je planten hebt die niet in potgrond of een gelijkaardig substraat staan, kan Stenema niet gebruikt worden en kies je voor Hypoaspis.

Ingeval trips: Hypoaspis gaat de tripspoppen in de grond bestrijden. Dit is zinvol voor kasgroenten en druiven waar de tripspoppen in de grond verpoppen. In geval van kamerplanten verpoppen de tripsen meestal op de planten zelf. Hypoaspis op zich is onvoldoende om trips te bestrijden. Gebruik in combinatie roofmijten en/of roofwantsen om de trips op de bladeren te bestrijden.

Hoe Hypoaspis gebruiken?

Verdeel de roofmijten samen met het vulmateriaal in hoopjes over de grond of potgrond. De roofmijten gaan vanzelf de vulstof verlaten en in de ondergrond op zoek gaan naar voedsel.

Hoeveel roofmijten nodig?

• Bij hoge infectiedruk en/of korte teeltduur worden 500 tot 1.000 Hypoaspis/m² ingezet.
• Bij lage infectiedruk en/of langere teeltduur worden 50 tot 500 Hypoaspis/m² ingezet.

Varroamijt bestrijden met Hypoaspis (Stratiolaelaps scimitus)

De varroamijt (Varroa destructor) is een uitwendige parasiet die voorkomt op insecten, maar zich alleen voort kan planten op het broed van honingbijen. In de bijenkasten is de varroamijt daarom vijand nummer één. De infectie wordt varroose genoemd, in de volksmond spreekt men ook van varroatosis of varroasis. Varroa-mijten worden actief bestreden door de Hypoaspis roofmijt.

Hoeveel roofmijten per bijenkast?

Hoeveel roofmijten je nodig hebt, varieert naargelang welk systeem je toepast.

Bijenkasten met onderbak

Indien mogelijk, plaats onder de bijenkast een onderbak gevuld met goed verteerde biocompost. Als dit aanslaat, kunnen de roofmijten overleven in de onderbak en moet je niet zo vaak nieuwe roofmijten uitstrooien. Strooi tot 5.000 roofmijten in deze onderbak en controleer wekelijks of er nog roofmijten actief zijn. Dit doe je door een klein beetje compost op een wit papier uit te strooien en te bekijken met een loepje.

Houd de onderbak vochtig omdat de roofmijten liefst in een vochtige bodem leven.

Heb je Warre kasten (zoals o.a. Geert Steelant)? Download dan hier de volledige gids voor de bestrijding van Varrao mijten met roofmijten.

Bijenkasten zonder onderbak

Heb je niet de mogelijkheid om een onderbak te plaatsen, dan moet je regelmatig nieuwe roofmijten uitstrooien. Begin in het voorjaar, bij 15°C met 250 Hypoaspis roofmijten bovenop de toplatten van de kas uit te strooien. Herhaal dit elke twee weken. Hierdoor zorg je ervoor dat er steeds roofmijten aanwezig zijn en de Varroa populatie onderdrukt blijft.

Ben je niet in het voorjaar begonnen met het uitzetten van roofmijten, strooi dan 2.500 Hypoaspis roofmijten per bijenkast uit bovenop de toplatten van de kast en herhaal dit na 2 weken. Dit is nodig om de achterstand op de populatie Varroamijten in te halen.

De Hypoaspis (Stratiolaelaps scimitus) roofmijten hebben geen negatieve invloed op de bijen, honing en/of was.

Opgelet met chemische producten in de bijenkast

Er worden veel chemische middelen gebruikt in de strijd tegen de varroamijt. Deze chemische producten zijn na toepassing vaak nog meer dan 8 weken schadelijk voor onze nuttige roofmijten. Houd hiermee dus rekening als je Hypoaspis wilt uitzetten, anders zal 50 tot 75 % van de Hypoaspis roofmijten afsterven. Heb je iets chemisch gebruikt en wil je roofmijten uitzetten, contacteer ons dan om de residutijd te kennen.

Kan ik Hypoaspis roofmijten bewaren?

Hypoaspis zijn levende roofmijten die je zo snel als mogelijk na ontvangst moet uitzetten. Het materiaal kan enkele dagen bewaard worden in een vochtige ruimte bij 12 tot 15°C (kelder). Daar het materiaal echter zeer snel kan uitdrogen moeten de kartonnen kokers vochtig blijven. Rol ze daarom in een vochtige handdoek. Leg de koker nooit in de koelkast, dat is te koud!